Zijn computers slimmer dan mensen?

beantwoord door Fleur Zeldenrust

Redactie: Bryan Souza & Sjoerd Murris

Kort antwoord

Nee. Hoewel het waar is dat computers sommige taken beter uit kunnen voeren dan wij, blijven ze achter op veel andere gebieden. Zo zijn mensen flexibeler, efficiënter, en kunnen redeneren en hun creativiteit gebruiken; allerlei dingen die computers niet kunnen.

Langer antwoord

Computers kunnen sommige dingen beter dan mensen. In 1997 versloeg een computer (IBM’s Deep Blue) de destijds beste schaakspeler ter wereld (Garry Gasparov). Sinds die tijd zijn computers steeds beter geworden in allerlei spelletjes. Zo kon computerprogramma AlphaGo allerlei spellen leren, door heel vaak opnieuw tegen zichzelf te spelen. AlphaGo leerde onder andere het van oorsprong Chinese spel Go, een spel waarvan lang gedacht werd dat het te moeilijk zou zijn voor een computer (hoewel vervolgens in 2023 bleek dat mensen de computer kunnen verslaan door simpele onlogische zetten te doen). Ook zijn computers beter dan mensen in het uitvoeren van allerlei berekeningen, vooral als er veel kleine maar precieze berekeningen gedaan moeten worden (denk aan simulaties voor bijvoorbeeld weersvoorspellingen).

Computers zijn vooral goed in heel precies gedefinieerde opdrachten. Het dagelijks leven is veel complexer en meer onvoorspelbaar dan een spelsituatie waarbij de regels vastliggen. Dit is één van de redenen waardoor het bijvoorbeeld nog steeds zo moeilijk is om zelfrijdende auto’s te maken die goed om kunnen gaan met het verkeer in steden. Denk aan:veel voetgangers, kinderen die op straat spelen, fietsers, etc. Op de voorspelbare snelweg functioneren deze computergestuurde auto’s daarentegen stukken beter!

Mensen zijn flexibeler dan computers en kunnen veel meer verschillende dingen. Mensen kunnen beter omgaan met nieuwe onverwachte situaties en zich aanpassen aan omgevingen waar ze nog nooit in geweest zijn. Dat is ook letterlijk zo: het brein past zich voortdurend aan, kan de fysieke onderdelen veranderen als dat nodig is. Dit kan een computer niet. Daarnaast kunnen de bovengenoemde spelcomputers weliswaar die spelletjes heel goed spelen, ze kunnen vrijwel niets anders. Terwijl een mens ook nog kan koken, de was opvouwen (een verbazingwekkend moeilijke taak voor een robot!), skateboarden en jongleren.

Mensen zijn efficiënter dan computers. Ten eerste gebruiken ze minder energie. Als een mens evenveel energie zou gebruiken per berekening als een computer, zou je vrachtwagens vol boterhammen met pindakaas per dag nodig hebben! Daarnaast hebben ze ook minder voorbeelden (data) nodig om te leren. Computers moeten miljoenen voorbeelden gezien hebben voordat ze bijvoorbeeld een kat kunnen herkennen op een plaatje, mensen leren dit met veel minder voorbeelden. Dit draagt nog extra bij aan het feit dat computers zo veel energie verbruiken.

Een door AI (Midjourney) gemaakt figuur met als opdracht: ‘Computers versus humans. Fight’.

Creativiteit en redeneren: Chatbots zoals ChatGPT en andere zogenaamde ‘large language models’ (grote taalmodellen) kunnen iets waarvan lang gedacht werd dat het puur menselijk was en onmogelijk voor een computer om te leren: taal produceren. Als je met zo’n computerprogramma aan het chatten bent, lijkt het net of je met een mens praat. Dat is belangrijk, want volgens de zogenaamde ‘Turing test’, bedacht door grondlegger van de computerwetenschap Alan Turing, is testen of een computer overtuigend kan doen of het een intelligent persoon is, een belangrijke test in het bekijken of een computer intelligent is. Er is echter ook veel kritiek op deze aanname (het nabootsen van intelligentie is nog geen intelligentie!). Dus betekent dat deze taalmodellen mensen kunnen nabootsen, ook dat deze programma’s heel slim zijn? Uiteindelijk niet.

Wat deze programma’s doen is uit heel veel teksten op internet de patronen of de structuur van taal leren herkennen. Daardoor kunnen ze op basis van een paar woorden of zinnen voorspellen wat een waarschijnlijk antwoord is. Wat deze computerprogramma’s niet doen, is redeneren. Op dezelfde manier kunnen zogenaamde ‘diffusion models’ (diffusie-modellen) nieuwe ‘kunst’ voorspellen op basis van bestaande patronen in kunst die ze eerder gezien hebben, denk aan ‘Sora’ voor video, ‘Dall-E’ of ‘Midjourney’ voor plaatjes of ‘Suno’ voor muziek. Wat deze computerprogramma’s echter niet doen, is proberen bepaalde gevoelens op te wekken of je op een nieuwe manier aan het denken zetten. Een computerprogramma heeft nooit iets ervaren wat het probeert op een emotioneel niveau te delen. Het maakt iets dat lijkt op bestaande kunst, maar een klein beetje anders is. Deze nieuwe klasse van computermodellen lijkt dus op een bepaalde manier heel menselijk, maar wat ze vooral goed kunnen is patronen herkennen in menselijk gedrag en uitingen. 

Verder lezen